Uit het herkomstonderzoek naar de periode 1933-1945 komen geen indicaties naar voren die wijzen op mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomst van dit schilderij is sluitend. Het schilderij bevond zich tot 1931 in de collectie Stanley of Alderly. Hierna is het vermoedelijk in Engeland gebleven tot het op 25 februari 1935 van de Londense kunsthandelaar Harold Davis is aangekocht door de kunsthandel Houthakker uit Amsterdam. Kunsthandel Houthakker heeft na de Tweede Wereldoorlog aangifte gedaan van gedwongen verkoop op 17 december 1940 aan Kajetan Mühlmann in Den Haag. Kunsthandel Houthakker heeft na de oorlog afgezien van een claim op dit schilderij.