Mahoniehouten gefineerde zwart gepolitoerde vlakke-bodemlijst met grenenhouten zool (1920) Portret van een man, staand in interieur; links een doorkijkje naar een portiek, gedecoreerd met een liggende leeuw.
: Op 12 november 1940 werden alle roerende goederen van Robert May, waaronder dit schilderij, in onderpand gegeven bij de joodse bank Lippmann, Rosenthal & Co. aan de Spiegelstraat voor schulden die Robert May bij deze bank had. Na de tweede LiRo-verordening werd dit schilderij samen met een grotere collectie kunst van Robert May op 20 juli 1942 in bruikleen gegeven aan het Rijksmuseum. In 1943 waren er vergevorderde plannen om de collectie als geheel te verkopen aan het Rijksmuseum om de schuld van Robert May te vereffenen. Tijdens de voorbereiding voor deze verkoop werd het schilderij met tussenkomst van de Dienststelle Mühlmann door de roofbank Lippmann, Rosenthal & Co. is opgeëist.
Uit het herkomstonderzoek naar de periode 1933-1945 komen geen indicaties naar voren die wijzen op mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomstgegevens van dit schilderij zijn sluitend. De Joodse bankier Robert May kocht dit schilderij met tussenkomst van de kunsthandel A. Staal uit Amsterdam aan bij veilinghuis Frederik Muller te Amsterdam op 13 juli 1926. Het schilderij werd als onderpand gebruikt voor schulden van May bij de orginele bank Lippmann Rosenthal & co. (niet te verwarren met de Roofbank van de bezetters). Het schilderij werd door de roofbank Lippmann Rosenthal & Co ingenomen en geveild bij Frederik Muller, waarna het door tussenkomst van de Dienststelle Mühlmann in het bezit kwam van Hermann Göring. Blijkens RC-rapport 1.76 werd de opbrengst van deze veiling ter hand gesteld van Robert May, vermoedelijk ter vereffening van zijn schulden bij de originele bank Lippmann Rosenthal & Co. Robert May heeft de SNK op de hoogte gesteld van de verkoop van dit schilderij, maar gaf aan dat hij niet van plan was een claim op dit schilderij te vorderen.