Er zijn geen of onvoldoende herkomstgegevens uit de periode 1933-1945 over dit object bekend. Na onderzoek zijn tot op heden geen bronnen gevonden die informatie over de herkomst kunnen geven. Daarom is er geen uitspraak te doen over mogelijk verdachte herkomst of mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomstgeschiedenis van dit schilderij is niet sluitend. Het is onbekend waar, wanneer, van wie en onder welke omstandigheden kunsthandel J. Stodel uit Amsterdam dit schilderij heeft verworven. Kunsthandel Stodel verkocht dit schilderij aan kunsthandel P. de Boer uit Amsterdam. Kunsthandel P. de Boer uit Amsterdam verkocht dit schilderij op 16 oktober 1940 aan Hermann Göring. Kunsthandel P. de Boer heeft na de Tweede Wereldoorlog aangifte gedaan van gedwongen verkoop. Göring ruilde dit en andere schilderij via tussenkomst van zijn inkoper W.A. Hofer op 9 februari 1944 met kunsthandel Goudstikker/Miedl uit Amsterdam. Via Kunsthandel Goudstikker/Miedl kwam het op een onbekend moment bij J. Schneller terecht.