De voorgestelde staat in een rotsachtig landschap, gekleed in een harnas. Zijn rechterarm is gebogen en rust op de heup. De hand van zijn eveneens gebogen linkerarm rust op zijn helm die op een rechthoekig gehouwen stuk rots naast hem staat. Zijn om de hals geknoopte das heeft stroken kant aan de uiteinden die de ringkraag bedekken. Ook onder de mouwen van zijn harnas komen aan de pols stroken kant tevoorschijn. Over zijn schouderplaten loopt een koord dat de schoudermantel vasthoudt en om zijn middel heeft hij een draagriem waaraan zijn degen hangt. Onder de beenplaten zijn de geborduurde randen van zijn kamizool zichtbaar. Links van hem staat zijn jachthond, die met een gedraaide kop naar hem opkijkt. De hond heeft om zijn hals een van metalen punten voorziene halsband, die dient ter bescherming tijdens de jacht. Op de achtergrond links een landschap waarin een hertenjacht plaats vindt met een ruiter te paard, twee honden en een hert.