: Bloch kan zich volgens een brief van
zijn advocaat Mr. Tels van dit schilderij niet de herkomst
herinneren (zie brief d.d. 16 december 1952 in SNK nr.714).
Het is derhalve niet duidelijk welke rol Bloch heeft
gespeeld bij de bezitsovergang van Goudstikker/Miedl naar
Hupp. Mogelijk heeft Bloch bemiddeld tussen Miedl en Hupp.
Uit de Goudstikker/Miedl inventariskaart blijkt namelijk
dat Miedl het schilderij op 31 mei 1943 aan Hupp heeft
aangeboden maar het toen kennelijk niet verkocht heeft.
Goudstikker/Miedl verkocht het schilderij op 28 juni 1943
per kassa mogelijk aan Bloch.
: De restaurator Enneking en
kunsthandelaar Paech werkten veel samen. Mogelijk wikkelde
Paech de transactie af (mondelinge mededeling de heer
Douwes sr., Amsterdam, februari 2002).