Triptiek met God de Vader, Christus, Maria, Johannes, een En
onbekend
Objectinformatie
Triptiek met God de Vader, Christus, Maria, Johannes, een En
Verguld reisaltaartje met twee deurtjes, bekroond door figuur van God.
NK2947
oude kunst
altaarstuk
Vervaardiging
Frankrijk
onbekend
1400 - 1400
1400
1400
Fysieke kenmerken
email, goud
verguld
12.4 cm
7 cm
Reconstructie van de herkomstgeschiedenis
: Gutmann, F.B.E.
: collectie
: Heemstede
: Archief SNK nr.391, 551, 964; Der Reichskommissar für die Besetzten Niederländischen Gebiete / Dienststelle Mühlmann, Sichergestellte Kunstwerke in den besetzten Niederländischen Gebieten, Wenen, ca. 1941, p.53
: Dit object is aangetroffen op de inventarisatielijst van Artistic & Co. Het object is dus in of voor juni 1934 verworven door F. Mannheimer uit Amsterdam.
|
: Mannheimer, F.
: collectie
: Amsterdam
: ICN inventariskaart, Archief SNK nr.24, 391, 549, 551, 964; Bundesarchiv Koblenz B323 nr.575; Der Reichskommissar für die Besetzten Niederländischen Gebiete / Dienststelle Mühlmann, Sichergestellte Kunstwerke in den besetzten Niederländischen Gebieten, Wenen, ca. 1941, p.53; Festschrift fur Max J. Friedlander zum 60. Geburtstag, Leipzig 1927.
: Na het overlijden van F. Mannheimer op 9 augustus 1939 kreeg de bank Mendelssohn & Co. het object in beheer. In oktober 1941 verkocht de bank het object aan Dienststelle Mühlmann.
|
: Mendelssohn & Co.
: Amsterdam
: De Dienststelle Mühlmann verwierf in oktober 1941 de collectie Mannheimer voor het beoogde Führermuseum in Linz.
: Mühlmann, Dienststelle
: Den Haag
: Archief SNK nr.391, 551; Der Reichskommissar für die Besetzten Niederländischen Gebiete / Dienststelle Mühlmann, Sichergestellte Kunstwerke in den besetzten Niederländischen Gebieten, Wenen, ca. 1941,
: Führermuseum
: museum [en]
: Linz
: Archief SNK nr.288
In beheer gekomen bij het Rijk
Na 05-05-1945
Huidige restitutiestatus
Geen verzoek
Onderzoeksbevindingen
Uit het herkomstonderzoek naar de periode 1933-1945 komen geen indicaties naar voren die wijzen op mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomstgegevens van dit beeld zijn sluitend. In 1912 was het in bezit van E. Gutmann. Het onderzoek van de Restitutiecommissie (RC1.115-A) heeft aangetoond dat het object in 1927 al in bezit was van F. Mannheimer. Tevens zijn er geen aanwijzingen gevonden dat er sprake was van onvrijwillig bezitsverlies van E. Gutmann aan F. Mannheimer. Bij het overlijden van F. Mannheimer in augustus 1939 werd zijn boedel failliet verklaard. De collectie ging over naar de bank Mendelssohn & Co. die een grote vordering had op de boedel. Mendelssohn & Co. verkocht het in Nederland aanwezige deel van de collectie in 1941 aan de Dienststelle Mühlmann. Er zijn geen aanwijzingen dat deze transactie onder onvrijwillige omstandigheden plaatsvond.
