: Na de Russische Revolutie in 1917 werd privébezit genationaliseerd. De Sovjetstaat verkocht culturele en historische voorwerpen uit het Kremlin in Europa, vaak via de Hermitage, om geld in te zamelen voor industrialisatie.
|
: Mannheimer, F.
: collectie
: Amsterdam
: ICN inventariskaart; Archief SNK nr.288, 550, 654; O. von Falke, Katalog der Sammlung F.M., november 1935 - maart 1936, nr.Ma35; Bundesarchiv Koblenz B323 nr.575
: Dit object is aangetroffen op de inventarisatielijst van O. von Falke. Het object is dus in of voor maart 1936 verworven door F. Mannheimer uit Amsterdam.
|
: Mendelssohn & Co.
: Amsterdam
: RMA onderzoeksrapport Mannheimer.
: Na het overlijden van F. Mannheimer op 9 augustus 1939 kreeg de bank Mendelssohn & Co. het object in beheer. In oktober 1941 verkocht de bank het object aan Dienststelle Mühlmann.
: De Dienststelle Mühlmann verwierf in oktober 1941 de collectie Mannheimer voor het beoogde Führermuseum in Linz.
: Führermuseum
: museum [en]
: Linz
: Archief SNK nr.288
In beheer gekomen bij het Rijk
Na 05-05-1945
Huidige restitutiestatus
Geen verzoek
Onderzoeksbevindingen
Er zijn geen of onvoldoende herkomstgegevens uit de periode 1933-1945 over dit object bekend. Na onderzoek zijn tot op heden geen bronnen gevonden die informatie over de herkomst kunnen geven. Daarom is er geen uitspraak te doen over mogelijk verdachte herkomst of mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
In juni 1934 is de collectie Mannheimer zoals die op dat moment in Amsterdam aanwezig was geïnventariseerd door de firma Artistic. Dit object komt voor in deze inventarisatie. Het onderzoek heeft zich daarom gefocust op de periode vóór 25 juni 1934. Het object komt uit de collectie van E. Gutmann. Het is niet bekend wanneer en onder welke omstandigheden het object is verkocht aan F. Mannheimer. Het onderzoek van de Restitutiecommissie (RC1.115-A) heeft geen aanwijzingen gevonden dat er sprake was van onvrijwillig bezitsverlies van E. Gutmann aan F. Mannheimer. Aanvullend onderzoek in de periode 2024/2025 heeft geen nieuwe gegevens gevonden over de datum en omstandigheden van de transactie van E. Gutmann naar F. Mannheimer. Bij het overlijden van Mannheimer in augustus 1939 werd zijn boedel failliet verklaard. De collectie ging over naar de bank Mendelssohn & Co. die een grote vordering had op de boedel. Mendelssohn & Co. verkocht het in Nederland aanwezige deel van de collectie in 1941 aan de Dienststelle Mühlmann. Er zijn geen aanwijzingen dat deze transactie onder onvrijwillige omstandigheden plaatsvond.