Er zijn geen of onvoldoende herkomstgegevens uit de periode 1933-1945 over dit object bekend. Na onderzoek zijn tot op heden geen bronnen gevonden die informatie over de herkomst kunnen geven. Daarom is er geen uitspraak te doen over mogelijk verdachte herkomst of mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomst van dit schilderij is niet sluitend. Het is onbekend wie het schilderij heeft ingebracht op de veiling van Christie’s, Mason & Woods in juli 1939. Wel is bekend dat kunsthandel P. de Boer, Amsterdam het schilderij in 1943 heeft verkocht aan dr K. Martin in Karlsruhe. Hij was directeur van het Museum Karlsruhe. Er is geen bewijs aangetroffen dat er bij deze transactie sprake was van onvrijwillig bezitsverlies.